Dit gedicht is gemaakt in Nederlandse Gebarentaal. De Nederlandse vertaling is als volgt:
Hier, gras en zand
Het weidse land
Waar je ver kijkt
Maar niet ver bent
Mijn plek
Zover je ziet
Wilgen, riet
Een vogel zweeft
Waar je leeft
Het wijze land
Daar, waar je ver bent
En rondom kijkt
Is zoiets niet
Als wilgen, riet
Een wei, een stek
En rust, mijn plek
Die ik ken
Waarin ik ben
Het hart springt op
Het wijde land
Zien: daar kom je ver
Zijn: hier kijk je ver
Als ik ga
En verga
Dan niet daar maar hier
In het land dat in mij is
Het land waarin ik was
In de polder, het weidse land
Van riet, vogel, wilg
Zand en gras
Vertaling: Erik Bindervoet & Robbert-Jan Henkes
Ontdek dit gedicht in een minuut
Nederlandse Gebarentaal is een volwaardige taal: je kunt erin denken en dromen, verhalen vertellen en voorstellingen spelen. Wim Emmerik was daarin een pionier, en zette vanaf de jaren 1990 ook poëzie in deze taal op de kaart. Tot zijn meest inspirerende werk behoren de filmgedichten die hij rond 2004 opnam. Hierin vallen inhoud en vorm perfect samen. In Polder verbeeldt hij het Nederlandse landschap, niet met afstand maar dicht op huid.
Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht bekijken, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.
Wim Emmerik
Amsterdam 1940 - 2015
Wim Emmerik verloor als baby zijn gehoor, als gevolg van een hersenvliesontsteking. Hij leerde Nederlandse Gebarentaal en combineerde een technische opleiding met de balletacademie Nel Roos, een voorloper van de Nationale Balletacademie. Later werkte hij onder andere voor de Nederlandse Opera en diverse dansgezelschappen.
Podiumkunstenaar
Vanaf begin jaren 1970 bracht Wim Emmerik in heel Nederland ‘mime-cartoons’ op de planken, samen met Jean Couprie. Het duo won in 1979 het International Mime Festival in Brno. Datzelfde jaar richtten zij samen de Stichting Visueel Theater en Dovencommunicatie op. Ze werden hiertoe geïnspireerd door een bezoek aan Zweden: terwijl zij in Nederland als enige doven bezig waren met podiumkunsten, bestonden daar meerdere theaterclubs voor doven en waren er professionele dove theatermakers.
Pionier
In de decennia die volgden gaf Wim Emmerik gebarenles aan ouders van dove kinderen en aan docenten van dovenscholen en mede daardoor groeide zijn belangstelling voor Nederlandse Gebarentaal. Hij werkte decennialang mee aan wetenschappelijk onderzoek en zette zich op allerlei manieren in voor de acceptatie en verspreiding van deze taal. Zo was Emmerik een van de oprichters van het Handtheater, dat als eerste voorstellingen in Nederlandse Gebarentaal op de planken bracht. Emmerik was betrokken bij de realisatie van de eerste kinderboeken in Nederlandse Gebarentaal (1988) en presenteerde een jaar later het eerste verhaal in deze taal op de Nederlandse televisie, het door hemzelf bedachte De stier wacht op groen.
Gebarenpoëzie
In 1989 bracht Wim Emmerik een bezoek aan Gallaudet University in Washington, waar hij een workshop volgde van de Amerikaanse dove dichter Clayton Valli (1951-2003). Terug in Nederland begon hij poëzie in Nederlandse Gebarentaal te maken. Met succes: hij trad regelmatig op en opnames van zijn gedichten waren op meer dan zeventig festivals over de hele wereld te zien. Bij zijn pensionering in 2005 ontving Wim Emmerik als eerste de Nederlandse Gebarentaalprijs van Dovenschap, voor zijn bijdrage aan onderzoek naar gebarentalen en vanwege zijn artistieke bijdragen aan de dovengemeenschap.
Waar gaat dit gedicht over?
In dit gedicht verbeeldt Wim Emmerik zijn relatie tot het vlakke Nederlandse polderlandschap. Het muurgedicht past qua onderwerp goed bij de Leidse Hortus Botanicus, waar het te vinden is. Wat het poëzie maakt, is niet zozeer de inhoud maar vooral de manier waarop Emmerik Nederlandse Gebarentaal gebruikt.
Gebarenpoëzie
Artistiek gebruik van Nederlandse Gebarentaal draait om verbeeldingskracht. Vertellers en dichters in gebarentalen gebaren vaak niet over een onderwerp, maar vanuit dat onderwerp. Met hun lichaam, handvorm en mimiek geven ze uitdrukking aan personen, dieren, voorwerpen of de natuur. Dit maakt poëzie en kleinkunst vaak antropomorf: via het menselijk lichaam wordt de wereld verbeeld. Het vereist veel creativiteit en beheersing om dit op een overtuigende, herkenbare, aansprekende en invoelbare manier te doen. Dankzij zijn dansachtergrond, theaterervaring en jarenlange oefening was Wim Emmerik hier een meester in.
Ontstaan van dit gedicht
In 2003 maakte Wim Emmerik zijn eerste filmgedicht, Groei. Eerdere opnames van zijn gedichten waren simpelweg registraties, maar nu was sprake van regie en werd de vorm van de filmclip afgestemd op de inhoud. Het leverde enthousiaste reacties op en in 2005 maakten filmmaker Leendert Pot en Anja Hiddinga de dvd Bewogen, met daarop een aantal door hen geregisseerde gedichten van Wim Emmerik en Giselle Meijer.
Bewogen was een groot succes: de opnames werden vertoond op festivals in meer dan zeventig landen en wonnen prijzen in Italië, India, Griekenland en Colombia. Een van de gedichten die Emmerik voor deze serie maakte was Polder.
Stadsverhalen
Waarom is Nederlandse Gebarentaal belangrijk voor Leidenaar Patrick Meijer? En waarom is hij blij met het muurgedicht in Nederlandse Gebarentaal? Ontdek zijn verhaal:
Filmclip: Leendert Beekman, Michiel Keller
Ik heb een verhaal bij dit gedicht
Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.
Wim Emmerik in Leiden
Gebarentalen ontstaan daar waar grote groepen doven elkaar ontmoeten. Dat was lange tijd in het nabijgelegen Katwijk het geval, omdat daar een substantieel gedeelte van de bevolking doof of slechthorend was. Aan het eind van de negentiende eeuw was in Leiden ook korte tijd een dovenschool te vinden. Tegenwoordig is Leiden een van de plaatsen in Nederland, met Amsterdam en Nijmegen, waar wetenschappelijk onderzoek naar gebarentalen wordt verricht.
Muurgedicht in Nederlandse Gebarentaal
Dr. Victoria Nyst, gebarentaalonderzoeker aan de Leidse Universiteit, zocht vanaf 2016 steun voor het realiseren van een muurgedicht van Wim Emmerik. Samen met Het Taalmuseum en Stichting TEGEN-BEELD kon dit in 2017 worden gerealiseerd. De Hortus Botanicus, Fonds 1818 en het jaar 1967 van het Leids Studenten Corps en de Vereniging Vrouwelijke Studenten Leiden (LSC-VVSL) en filmmakers Leendert Pot en Anja Hiddinga leverden een bijdrage, en ruim 120 donateurs droegen een steentje bij via een crowdfundingscampagne. Op 14 oktober 2017 werd dit muurgedicht feestelijk onthuld, tijdens een gebarentaalfestival.
Vanwege een verbouwing aan the Hortus Botanicus Leiden is het muurgedicht tot 1 mei 2019 tijdelijk niet te bezoeken.
Wim Emmerik en de Nederlandse Gebarentaal
Gebarentalen zijn echte talen, met een eigen lexicon en grammatica. Ze ontstaan daar waar substantiële aantallen doven met elkaar communiceren en ontwikkelen zich voortdurend - net als gesproken talen. Zo kijken wetenschappers er tegenwoordig naar, maar lang lag dat anders. Eeuwenlang waren alle inspanningen erop gericht de communicatie van doven met horenden te vergemakkelijken. Gebaren konden daarbij helpen, maar werden puur als communicatiemiddel gezien.
Ontmoediging
Vanaf het eind van de negentiende eeuw werd daarnaast het gebruik van gebaren ontmoedigd. Om mee te doen in de samenleving, moest doven zich spreken en liplezen aanleren. Gebarentalen werden zo ‘verboden talen’: het gebruik op school werd ontmoedigd en er stonden straffen op. Pas toen wetenschappers en bestuurders gingen zien dat er zoiets was als een eigen Dovencultuur, met eigen taal en tradities, veranderde dit. Wim Emmerik heeft een belangrijke rol gespeeld in dit emancipatieproces.
Erkenning
De waardering voor Nederlandse Gebarentaal nam vanaf de jaren 1980 toe. Rond die tijd werd voor het eerst onderzoek gedaan naar de positie van deze taal en zijn initiatieven genomen om die te verbeteren. Zo werd er in 1999 een Leerstoel Nederlandse Gebarentaal ingesteld en werd in 2001 de Sinterklaasintocht voor het eerst live met een doventolk uitgezonden. Ook de standaardisatie van Nederlandse Gebarentaal, rond 2000, diende om de positie van deze taal te verbeteren. Destijds werd deze standaardisatie als voorwaarde voor officiële erkenning gezien. Toch bleef een wettelijke status tot dusverre echter uit, tot onvrede van veel gebarentaalgebruikers.
Citaten
Ouderen, zoals Wim Emmerik, moesten vroeger op hun handen zitten omdat het hun werd verboden met gebaren te praten. De jongeren die nu gebarentaal als moedertaal leren, zijn ontzettend snel. Dankzij YouTube, laptops met camera en pc’s die genoeg vermogen hebben om video af te spelen, kunnen doven veel gemakkelijker met elkaar praten dan voorheen.
Onno Crasborn, hoogleraar Nederlandse Gebarentaal aan de Radboud Universiteit, in een interview met Trouw (2008)
Wim Emmerik was een van de grondleggers van gebarentaalonderzoek in Nederland en heeft veel voor de dovengemeenschap betekend.
Doof.nl
Alledaags taalgebruik is functioneel en effectief, dat geldt ook voor gebarentaal. Maar dat kún je loslaten. Door gebaren langer te maken, ze anders te verbinden, een bepaald ritme aan te brengen. Bovendien kan poëzie uiteraard ook in de boodschap zitten. In het gedicht Polder vind je dat allebei.
Pepijn Reeser van het Taalmuseum, in een interview met Mare
Wist je dat?
- In eerste instantie werd gedacht aan een projectie van het gedicht op de muur, maar bij een test bleek dit niet te werken in het buitenlicht. Er werd daarom gekozen voor een 75-inch High Brightness-scherm, waardoor het gedicht nu in alle weersomstandigheden te zien is.
- Emmerik was actief in een werkgroep waarin dove en horende dichters samenwerkten aan gebarenpoëzie. Tevens actief in deze groep was Neeltje Maria Min, wiens gedicht Mijn moeder is mijn naam vergeten ook op een muur in Leiden te vinden is.
- In iedere gebarentaal zijn vijf elementen van belang. Allereerst speelt de handvorm een rol. Nederlandse Gebarentaal kent zo’n zeventig verschillende handvormen. Ook de oriëntatie ofwel richting van de vingers en handpalm is van belang. De locatie waar een gebaar wordt gemaakt, maakt verschil en ook de verplaatsing van de hand(en) heeft betekenis, waarbij het er ook toe doet of de beweging uit de pols, vingers of armen. Ten slotte zijn non-manuele aspecten belangrijk: mimiek, lichaamshouding en mondbeweging.
- Alle gebarentaalgedichten van Wim Emmerik zijn door oud-collega’s van de Radboud Universiteit verzameld op de website WimEmmerik.nl.
Dit gedicht is gemaakt in Nederlandse Gebarentaal, en kan daardoor niet worden beluisterd maar wel bekeken. Polder is onderdeel van een serie filmgedichten in Nederlandse Gebarentaal die geregisseerd zijn door filmmaker Leendert Pot en Anja Hiddinga.
This poem is in Dutch Sign Language; its English translation is:
Here, grass and sand
The Pastureland
Where you can see far
But are not far
My spot
As far as you can see
Willows, reeds
A bird drifts
Where you live
The wise land
There, where you are far
And look around you
Is nothing such
As willows, reeds
A meadow, a place
Of rest, my spot
That I know
In which I am
The heart leaps up
The open land
To see: there you’ll go far
To be: here you’ll see far
As I pass by
And pass away
Then not there but here
In the land that is in me
The land in which I was
In the polder, the pastureland
Of reeds, birds, willow
Sand and grass
Translation: Gene Moore
Interpreter: Sandra ter Horst
Meer weten?
Dit lemma is geschreven door het Taalmuseum. De vertaling naar het Engels is gemaakt door Anne Oosthuizen. Er is gebruik gemaakt van de volgende bronnen:
- Pepijn Reeser, Gebarentalen; van verboden talen tot muurpoëzie (Leiden 2017). Publicatie geschreven ter ere van de onthulling van dit muurgedicht. Deze publicatie is te koop in de webwinkel van het Taalmuseum.
- ‘Gedichten in gebarentaal’, Trouw.
- ‘Muurgedicht in gebarentaal’, Hoor Friesland.