icon-close

Mijn moeder is mijn naam vergeten (1966)

Neeltje Maria Min

Als een boom in een bos omvalt en er is niemand in de buurt om het te horen, maakt het dan geluid? En als niemand ons bestaan erkent, zijn we er dan nog wel? Iedereen wil gezien en genoemd worden.

illustratie: lees in nederlands
icon-close

Mijn moeder is mijn naam vergeten

Mijn moeder is mijn naam vergeten,
mijn kind weet nog niet hoe ik heet.
Hoe moet ik mij geborgen weten?

Noem mij, bevestig mijn bestaan,
laat mijn naam zijn als een keten.
Noem mij, noem mij, spreek mij aan,
o, noem mij bij mijn diepste naam.

Voor wie ik liefheb wil ik heten.

icon-close

Beluister dit gedicht in het Nederlands.
Stem: Graziella Rais

illustratie: ontdek dit gedicht in 1 minuut
icon-close

Ontdek dit gedicht in een minuut

Dit gedicht is te lezen in de eerste dichtbundel die Neeltje Maria Min publiceerde, het kwam zelfs terug in de titel: Voor wie ik liefheb wil ik heten. Was ze er meer aan gehecht dan aan de andere ongeveer 350 gedichten die ze toen al had geschreven? Het lijkt in ieder geval nauw verbonden met haar eigen leven en de relatie met haar familieleden. Toch wordt het gedicht steeds weer herontdekt door lezers die zich erin herkennen. Gaat het over het bepalen van een eigen identiteit? Of over dementie? Wat lees jij erin?

Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht beluisteren, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.

icon-close
Neeltje Maria Min

Over Neeltje Maria Min

Bergen, 1944

Rond haar veertiende las Neeltje Maria Min haar eerste dichtbundels. Met name het werk van Paul Rodenko en M. Vasalis inspireerde haar om zelf te gaan schrijven. Vanaf 1963 verscheen haar werk in Algemeen Handelsblad onder het pseudoniem Sophie Perk, en vervolgens ook in De Gids en Maatstaf. Van de ca. 350 gedichten die ze in 1966 had geschreven, bundelde ze er 50 in Voor wie ik liefheb wil ik heten. Hiermee brak ze landelijk door: de bundel is inmiddels toe aan de 27e druk en behoort daarmee tot de bestverkochte Nederlandse poëzie.

Ongrijpbaar

Rond de publicatie van haar eerste dichtbundel reisden journalisten af naar Bergen en probeerden meer te weten te komen over het 22-jarige meisje dat nog bij haar ouders woonde, geen opleiding had afgemaakt en al een kind van anderhalf had. Over de persoon achter de gedichten kwamen zij echter weinig te weten. Neeltje vertelde enkel dat maatschappelijke verschijnselen volkomen langs haar heen gingen, dat ze weinig las, van taal ‘geen barst afwist’ en geen behoefte had aan het culturele leven. ‘Het enige dat ik wil is: gewoon zijn, en af en toe een gedicht schrijven. Verder niets. Ik ben aartslui. Van mij hoeft het allemaal niet.’ Wie haar beter wilde leren kennen, moest haar gedichten maar lezen.

Beklemmende leegte of: Gedichten als muziek

Het oeuvre van Neeltje Maria Min is niet omvangrijk, maar de zeggingskracht is des te groter. Haar gedichten laten de lezer met eenvoudige woorden een beklemmende leegte voelen. Liefhebbers van haar werk geven aan dat er vaak tegenstellingen in te vinden zijn, wat het werk spannend maakt. Ze wordt ook geprezen om haar fraaie, toegankelijke taalgebruik: prachtige, vloeiende zinnen wisselen elkaar af, waardoor de gedichten bijna klinken als muziek. Zelf zei ze ooit: ‘Dichten is voor mij, het eigen gevoel vaststellen in een bepaalde situatie. Je kunnen voorstellen dat iets met je kan gebeuren.’

illustratie: over dit gedicht
icon-close

Waar gaat dit gedicht over?

‘Mijn werk is een mengelmoes van fantasie en dingen die ik zelf meegemaakt heb’ vertelde Neeltje Maria Min in 1966. Voor dit gedicht liet ze zich waarschijnlijk inspireren door haar eigen situatie. Ze was medio jaren ‘60 alleenstaande moeder van een kind van anderhalf jaar oud (‘mijn kind weet nog niet hoe ik heet’) en woonde nog bij haar ouders. Met haar vader had ze naar eigen zeggen ‘weinig contact’, met haar moeder ‘helemaal niet.’ Mijn moeder is mijn naam vergeten begint het gedicht - het betekent waarschijnlijk dat ze zich niet gezien voelde.

Naamloosheid

De ik-persoon wil gered worden uit die ‘naamloosheid’: Noem mij, bevestig mijn bestaan, / noem mij bij mijn diepste naam. Zonder naam besta je eigenlijk niet. De “diepste naam” verwijst misschien niet alleen naar naamgeving, maar ook naar geborgenheid en liefde. Een eigen identiteit ontwikkelen kan alleen in een veilige en liefdevolle omgeving – dat is precies datgene wat de ik-persoon mist. Iemand bij zijn diepste naam noemen staat dus gelijk aan iemand liefde en erkenning geven. Je naam heeft namelijk vooral betekenis voor degenen die jou liefhebben – dit spreekt duidelijk uit de slotregel van het gedicht: voor wie ik liefheb, wil ik heten.

illustratie: ontstaan van dit gedicht
icon-close

Ontstaan van dit gedicht

‘Ze hadden hem verteld dat ik af en toe gedichten schrijf. Hij vroeg of hij ze eens mocht zien. Nou, - en die vond hij wel goed, geloof ik. Hij wilde er tenminste meteen een paar van opnemen in Maatstaf.’ Zo leidde de ontmoeting tussen de eenentwintigjarige Neeltje Maria Min en uitgever Bert Bakker, in 1965 in haar woonplaats Bergen (NH), een klein jaar voor de uitgave van haar eerste dichtbundel: Voor wie ik liefheb wil ik heten.

De titel van de bundel is de slotzin van het gedicht Mijn moeder is mijn naam vergeten, waarmee de bundel opent. Dat schreef ze waarschijnlijk begin 1966. In april van dat jaar was het voor het eerst te lezen, in het destijds toonaangevende tijdschrift Maatstaf. Mede daardoor werd de belangstelling voor haar eerste bundel zo groot dat de oplage werd opgeschroefd van 1000 naar 7000 exemplaren.

illustratie: stadsverhalen
icon-close

Stadsverhalen

Mevrouw Borg is 97 jaar. Ze woont al jaren in zorgcentrum Groenhoven. Haar man is dood, maar haar dochter komt vaak langs. Als het mooi weer is, maken ze een wandelingetje langs het water. Samen lopen ze naar de Rijn- en Schiekade. Aan de overkant van het bruggetje ligt een aubergine huis. Daar wil mevrouw Borg vaak even stoppen. Omdat ze moe is, maar ook om het gedichtje op de muur. Ze kan het niet meer zo goed lezen, maar ze weet goed waar het over gaat. Over een meisje dat zwanger is. Ze weet niet of het een jongetje of een meisje wordt. Ze is niet getrouwd en dat was toen heel erg. Haar ouders zijn boos. Ze staat overal alleen voor. Zielig maar erg mooi. Mevrouw Borg en haar dochter wandelen langzaam verder. In Groenhoven wachten de dames met de koffie. Op kinderen die hun moeder vergeten zijn.

Fotografie: Patricia Nauta
Tekst: Joop van Gerven


 

Persoonlijk verhaal van Emma Bielschowsky

Het laatste deel van het gedicht: “Mijn moeder is mijn naam vergeten” stond op Emma Bielschowsky's geboortekaartje. Haar moeder koos dit gedicht voor haar tweede dochter, en ze koos het goed. Emma uit graag haar gevoelens, die ze heel sterk voelt en ervaart. Ze is een 'alles-of-nietspersoon.' Als ze houdt, houdt ze veel. In haar jonge leven heeft Emma al zware tijden gekend, tijden waarin ze niet wist wie ze was en voor wie ze bestond. Tijden waarin ze het diepste van haar bestaan kwijt was geraakt en ernaar zocht. In zich voelde ze een leegte, ze voelde dat niemand haar diepste “ik” kende en haar naam kon spreken. Niemand die haar bestaan kon uitroepen. Na een lange tijd van leegte realiseerde ze dat alleen zij zelf haar bestaan kon bevestigen. Als ze haar diepste naam niet kon spreken, dan kon ze voor niemand heten. Voordat ze zichzelf vindt, kan ze niet heten. En nu ze haar diepste naam kan spreken, geldt: "voor wie ik liefheb wil ik heten."

illustratie: ik heb een verhaal bij dit gedicht
icon-close

Ik heb een verhaal bij dit gedicht

Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.

illustratie: gedicht in leiden
icon-close

Neeltje Maria Min in Leiden

Foto Inge Harsten

Dit gedicht is in 1996 aangebracht aan de Rijn- en Schiekade 74 in Leiden. Het was het 41e muurgedicht dat door Stichting TEGEN-BEELD werd gerealiseerd. Het gedicht is uitgezocht door de bewoonster van het pand, Corrie van der Sijs. Zij koos als signatuur het sijsje dat rechts onder het gedicht te zien is. De abstracte illustratie bij het gedicht is een ontwerp van Ben Walenkamp. Schilder Bruins kon zich als illustrator uitleven in de figuratieve schildering van het vogeltje. In 2008 is het muurgedicht gerestaureerd en kreeg het de huidige vormgeving.

illustratie: betekenis voor een groep
icon-close

Neeltje Maria Min en Nederland

Mijn moeder is mijn naam vergeten

Dit gedicht is een van de meest bekende Nederlandse gedichten. Het gaat over thema’s die altijd actueel blijven, zoals de verhoudingen tussen generaties, de relatie tot familieleden, het gevoel onderdeel uit te (willen) maken van een groter geheel, de behoefte om gezien te worden en de vraag wie je echt bent. Door de herkenbaarheid van deze thema’s en de klare taal van het gedicht is het inmiddels in tal van bloemlezingen opgenomen.

Langverwacht

Haar debuutbundel was zo’n enorm succes, dat het moeilijk was om dat te overtreffen. Misschien duurde het daarom bijna twintig jaar voordat ze opnieuw een dichtbundel uitbracht (1985), en vervolgens elf jaar voor haar derde verzameling (1996). Ze bleef heel haar leven uit de schijnwerpers en gaf maar zelden interviews: haar werk spreekt voor zich.

illustratie: citaten
icon-close

Citaten

Zij stoort zich alleen aan zichzelf. Ze is volkomen onafhankelijk en laat zich door niemand beïnvloeden.

Adriaan Roland Holst, een bekende Nederlandse dichter die net als Neeltje Maria Min uit Bergen afkomstig was
 

Neeltje Maria Min, een naam als een klein gedichtje over een lief onschuldig meisje, dat als iets heel teers en lichts door het leven danst. Maar zo romantisch is de werkelijkheid over Neeltje Min niet; zij is een blonde bleke jonge vrouw van wie men eerder zou zeggen dat ze tweeëntwintig keer een druilerige herfst heeft doorgeworsteld dan dat ze een zelfde aantal zonnige lentes telt.

 De Tijd, naar aanleiding van het verschijnen van haar debuut

illustratie: wist je dat
icon-close

Wist je dat?

  • Neeltje Maria Min rondde geen enkele opleiding af en verdiende haar geld medio jaren 1960 als huishoudster. Ze vond het “vreselijk vervelend, maar toch de meest gemakkelijke manier om aan de kost te komen. Ik hoef er niet bij na te denken en zo kan ik me helemaal met dichten bezighouden.”
  • De gedichten in haar debuutbundel schreef ze niet thuis, want met drie broertjes, een zusje, twee ouders en een kind was het daar flink druk. In plaats daarvan nam ze haar toevlucht in een café in de buurt, waar niemand zich met haar bemoeide.
  • Ze was niet te spreken over de biografie die Maaike Meijer over haar schreef. Daarin stelde de biograaf dat enkele gedichten over incest zouden gaan. Neeltje Maria Min ontkende dat krachtig: ‘Als ik haar nog eens tegenkom, kan ze een mep krijgen, die heeft ze nog te goed.’
  • Naast de titel Mijn moeder is mijn naam vergeten, wordt ook de laatste zin van het gedicht, Voor wie ik liefheb, wil ik heten, regelmatig als titel gebruikt. 
illustratie: video
icon-close

Dit gedicht is op muziek gezet door de Leidse band Street Fable. 

illustratie: lees dit gedicht in het engels
icon-close

My mother soon forgot my name,
my daughter hasn’t learnt it yet.
How could I feel that I’m safe?

Name me, lay down who I am,
let my name be like a chain.

Name me, name me with your breath,
oh, name me by my deepest name.

For my love, I will be named.

Translation: David Colmer

illustratie: meer weten
icon-close

Meer weten?

Dit lemma is geschreven door Emmy Stevens en het Taalmuseum. Bij het schrijven is gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

  • Boulonois, I., ‘Mijn moeder is mijn naam vergeten’.
  • Delsing, J. 'Tekstlinguistiek en literatuurwetenschap. Over topic-commentrelaties in Neeltje Maria Mins ‘Voor wie ik liefheb, wil ik heten', In: Spiegel der Letteren 23 (1981), p. 168-194.
  • Meijer, M. De lust tot lezen. Nederlandse dichteressen en het literaire systeem (Utrecht 1988).
  • Pruis, M.Interview Neeltje Maria Min. “Wat is dat nou: trots?”. In: De Groene Amsterdammer, 21 juli 2001. 
  • 'Neeltje Maria Min, een gesloten dichteres', Leeuwarder Courant, 27 augustus 1966.
  • 'Neeltje Maria Min, dichteres ondanks en dankzij de verveling', De Tijd, 11 augustus 1966.