De mus
Tjielp tjielp - tjielp tjielp tjielp
tjielp tjielp tjielp - tjielp tjielp
tjielp tjielp tjielp tjielp tjielp tjielp
tjielp tjielp tjielp
Tjielp
etc.
Ontdek dit gedicht in een minuut
Tijdens de Tweede Wereldoorlog begon Jan Hanlo te dichten. Na de oorlog hoopte hij zijn werk te bundelen, maar een uitgever was moeilijk te vinden. De bundel kwam er pas nadat hij naam maakte met enkele experimentele gedichten, waaronder De mus. Daarvoor verplaatste natuurliefhebber Hanlo zich in de gelijknamige vogel. Het gedicht werkt op de lachspieren, maar prikkelt ook de fantasie: we zullen nooit precies weten wat en waarom de mus zingt, maar we kunnen er wel over nadenken.
Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht beluisteren, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.
Over Jan Hanlo
Bandoeng 1912 - Maastricht 1969
‘Een keer lag ik in bed met griep en toen dacht ik: laat ik ook eens een gedicht maken. Iedereen maakt gedichten. Bovendien was ik verliefd. Ik schreef toen Zo meen ik dat ook jij bent en daarmee is het eigenlijk begonnen, in 1943. Om de een of twee maanden kwam er wel iets.’ Toen Jan Hanlo begon te dichten, was hij de dertig dus al gepasseerd. Uiteindelijk schreef hij ongeveer honderd gedichten.
Buitenbeentje
Jan Hanlo werd geboren Nederlands-Indië. Nog hetzelfde jaar gingen zijn ouders uit elkaar. Hanlo groeide op in Deurne en behaalde in Heerlen zijn middelbare schooldiploma (HBS). Hij studeerde psychologie maar rondde die studie nooit af. Na de Tweede Wereldoorlog gaf hij Engelse les in Amsterdam en probeerde hij zich daar als dichter te vestigen. Jan Hanlo bleef altijd een buitenstaander, door zijn achtergrond, levensloop en doordat hij in vele stijlen werkte en nooit onderdeel was van één groep of stroming. Eind jaren 1950 verhuisde hij naar Valkenburg (Limburg) om zijn moeder te verzorgen. Vanuit zijn eenkamerwoning hield hij zich tot aan zijn dood bezig met zijn passies poëzie, natuur en motorsport.
Peter Pan Syndroom
Jan Hanlo had geen eenvoudig leven. Hij worstelde met pedofiele gevoelens en werd vanwege een psychose in 1947 tijdelijk opgenomen in een psychiatrische inrichting, waar hij waarschijnlijk werd gecastreerd. Volgens zijn biograaf Hans Renders had hij het Peter Pan Syndroom: hij wilde het liefst kind zijn en blijven en met andere kinderen omgaan. In 1969 nam Hanlo een twaalfjarig jongetje mee uit Marokko, dat al snel weer door de politie werd teruggestuurd. Een paar weken later kwam Hanlo door een motorongeluk om het leven, op 57-jarige leeftijd.
Waar gaat dit gedicht over?
De mus begint zijn lied met tweemaal tjielp, waarna een korte pauze en dan nog driemaal tjielp volgen. De tweede regel draait deze volgorde om: eerst driemaal tsjielp en na een korte pauze volgt nog tweemaal tjielp. De mus begint dus enigszins aarzelend en laat een paar keer een korte stilte vallen. Daarna krijgt hij er vertrouwen in: zesmaal tjielp, zonder pauze. Vermoeid, en wellicht verveeld omdat niemand reageert, volgen nog drie tjielpen, een witregel die haast een zucht lijkt te zijn, en een laatste tjielp. Heeft de mus ontdekt dat zijn getjilp geen zin heeft, omdat hij maar één klank ter beschikking heeft: tjielp? Of blijft hij onverstoorbaar zingen, omdat dat nu eenmaal is wat mussen doen?
Etc.
Het ‘etc.’ laat veel open voor de lezer. Zo kan dit gedicht het eindeloze lied van een mus zijn die alsmaar door tjilpt. Wellicht is het etc. bedoeld om het gedicht zelf af te maken en er een traditionelere vorm van te maken, zoals een sonnet. Of het etc. is bedoeld om uit te drukken wat niet in woorden te vatten is. Of…
Tjilp of Tjielp?
Overigens is het geluid van de mus eerder tjilp is dan tjielp - zo staat het ook in Van Dale’s woordenboek. Volgens sommigen betekent dit dat Hanlo, een natuurliefhebber die meerdere gedichten over vogels schreef, wilde laten zien de menselijke nabootsing van de natuur altijd imperfect is. Het gaat in De mus misschien meer over het idee dat wij van een mus hebben, dan daadwerkelijk over de vogel zelf. Wat de mus echt zingt, zullen we nooit weten.
Ontstaan van dit gedicht
In 1946, kort na de Tweede Wereldoorlog, verscheen voor het eerst een gedicht van Jan Hanlo in een tijdschrift. De jaren daarna publiceerden enkele toonaangevende poëzietijdschriften zijn werk, maar geen enkele uitgever zag brood in een dichtbundel. Daarvoor waren zijn gedichten te verschillend van elkaar. Ook hielp het niet dat hij geen onderdeel was van een duidelijke groep of stroming.
Om daar verandering in te brengen, zocht Hanlo aansluiting bij enkele jonge Amsterdamse dichters die zich sterk maakten voor experimentele poëzie. Hoewel Jan Hanlo nooit echt onderdeel werd van de Vijftigers, de naam waaronder deze geestverwanten bekend kwamen te staan, maakte hij rond deze periode wel enkele experimentele gedichten, waaronder De mus. Toen in 1951 zijn felbegeerde eerste dichtbundel verscheen, was het daarin opgenomen.
Ik heb een verhaal bij dit gedicht
Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.
Jan Hanlo in Leiden
Foto Inge Harsten
Dit gedicht is sinds 1993 in Leiden te vinden, aan de Nieuwe Rijn 107. Het was het 8e muurgedicht dat door Stichting TEGEN-BEELD werd gerealiseerd. Voor elk Leids muurgedicht ontwikkelen Jan Willem Bruins en Ben Walenkamp een eigen vormgeving. Voor dit gedicht kreeg de letter ‘p’ onderaan een klein haaltje naar rechts. Door de combinatie met de letter ‘j’ die een haaltje heeft naar links, wordt het beeld opgeroepen van een snaveltje.
De mus in het buitenland
De poëzie van Hanlo is ook buiten Nederland te vinden. De Engelse vertaling, gemaakt door James Brockway, is in Dublin (Ierland) op een gevel te vinden. Het gedicht bestaat uit 20 keer ‘chirp’ en een afsluitend ‘etc.’
Jan Hanlo en Nederland
In 1952 werd Jan Hanlo een bekende Nederlander, vanwege zijn klankgedicht Oote, dat zo begint: Oote oote oote /Boe /Oote oote /Oote oote oote boe /Oe oe. Tijdschrift Elsevier liet acht dichters van naam aan het woord over de vraag of dit wel poëzie was, en het Eerste Kamerlid mr. W.C. Wendelaar droeg het voor in de Eerste Kamer en vroeg de minister vervolgens om de subsidie voor het tijdschrift waarin het was gepubliceerd stop te zetten. Oote werd hierdoor lang hét voorbeeld van Nederlandse experimentele kunst.
De mus leeft voort
Ook De mus is herhaaldelijk door nieuwe generaties ontdekt en blijft tot de verbeelding spreken. In 1996 werd het op muziek gezet door muzikant en componist Tom America. Via componist Henny Vrienten hoorde cabaretier Wim de Bie het, en besloot hij het te gebruiken in het televisieprogramma Van Kooten en De Bie. Het lied werd onder een leader gezet waarop een ‘aanslag’ gepleegd was: de videoband was kapotgemaakt. Dit zou zijn gebeurd omdat mussen tjilp zeggen in plaats van tjielp.
Beluister het nummer van Tom America:
Bekijk het fragment uit Van Kooten en De Bie:
Citaten
Jan Hanlo is een auteur die zich voortdurend laat herlezen. En dat is een compliment, dat je weinig Nederlandse schrijvers of dichters kunt maken.
Kees Fens
Eigenlijk is Jan Hanlo de ideale dichter. Je kunt er zo mee beginnen, en het is altijd wel raak. En geschikt voor alle leeftijden.
Guus Middag
Jan Hanlo is een van de merkwaardigste figuren uit de Nederlandse literatuur. Een outsider in bijna elk opzicht, een eenling, een geest die op volstrekt originele wijze, buiten elke beweging of school om, uitdrukking gaf aan zijn gedachten en gevoelens - alsof er nooit enige literaire traditie was geweest.
Hans Renders, biograaf van Jan Hanlo
Geen ernst, zelfs geen smart in de kunst - de genietbare kunst dus - is geheel los van de humor
Jan Hanlo
Wist je dat?
- Vanwege zijn uiteenlopende stijlen werd in de jaren 1950 wel eens gedacht dat Jan Hanlo niet echt bestond, maar dat zijn naam een collectief pseudoniem van de Vijftigers was, een groep experimentele dichters.
- In 2009 was het thema van de boekenweek geïnspireerd op dit gedicht: Tjielp Tjielp: de literaire zoo.
- Sinds 1999 wordt jaarlijks de Jan Hanlo Essayprijs uitgereikt.
- Jan Hanlo was een fanatiek motorrijder. Hij reed meerdere motorraces op het circuit van Zandvoort.
- Jan Hanlo dronk soms bier met warme melk erin.
- In Almere, Den Haag en Valkenburg zijn straten naar hem vernoemd.
- In 1988 was zijn gedicht Ik noem je bloemen etc. op een postzegel te vinden.
beluister het nummer van Tom America online.
The Sparrow
Chirp chirp - chirp chirp chirp
chirp chirp chirp- chirp chirp
chirp chirp chirp chirp chirp chirp
chirp chirp chirp
Chirp
etc.
Vertaald door James Brockway
Meer weten?
Dit lemma is geschreven door Chris Flinterman in samenwerking met het Taalmuseum. De vertaling naar het Engels is door Demi van de Wetering. Er is gebruik gemaakt van de volgende publicaties:
- Brems, Hugo, De dichter is een koe. Over poëzie (Amsterdam 1991), via dbnl.nl
- Droog, Bart, Jan Hanlo, op Nederlandsepoëzie.org.
- Hanlo, Jan, Tjielp tjielp; gekozen en ingeleid door Guus Middag (Amsterdam 2009).
- Hanlo, Jan, Verzameld werk (Amsterdam 1958, 2006)
- Morrien, Adriaan. De Mus. In: NRC Handelsblad, 24 juni 1993.
- Renders, Hans, Zo meen ik dat ook jij bent. Biografie van Jan Hanlo (Amsterdam 1998, 2007).
- Schurgers, J.M.G., Jan Hanlo (Valkenburg 1971).
- Boven, van, E. en Kemperink, M. Literatuur van de moderne tijd (Bussum 2015)